SERENGETI EN NGORONGORO
Door: Brenda
Blijf op de hoogte en volg Brenda
06 Oktober 1999 | Tanzania, Arusha
Na een negen uur durende vlucht land ik in Nairobi, Kenia. Hier zal ik de volgende dag de rest van de groep ontmoeten. Aangezien de meeste hotels aan de prijzige kant zijn vertrek ik met een taxi naar de Upperhill Campsite. Helaas zijn alle bedden al volgeboekt ik kan kiezen uit de zolder of een tentje opzetten. Het is al donker en ik heb niet echt de behoefte om nog een tent te gaan opzetten. Ik kies dus voor de zolder. Na een kleine versnapering rol ik mijn slaapmat uit en kruip in mijn slaapzak. Na enige tijd word ik wakker van geritsel en zie nog net de staart van een enorme rat wegschieten. Ik probeer mezelf in te beelden dat dit hallucinaties zijn door het gebruik van lariam. Dit werkt niet dus slaap ik de rest van de nacht weinig.
De volgende ochtend besluit ik om eerst lekker te gaan douchen en dan te gaan ontbijten. Hier maak ik meteen kennis met een Afrikaansprobleem. Er is vanochtend geen water dus een douche kan ik wel vergeten. Ik besluit een fles mineraalwater te kopen zodat ik me toch kan opfrissen. Na mijn provisorische opfris beurt bestel ik een echt engels ontbijt en zoek een plekje in de eetzaal. Het ontbijt is fantastisch. Inmiddels druppelt de rest van de groepsleden binnen. Onze overland-truck arriveert om 10 uur. Na de betaling van de food-kitty en een korte uitleg vertrekken we naar Arusha, Tanzania. We laten al snel het drukke Nairobi achter ons en komen in een droog en kaal gebied terecht. Af en toe zien we kinderen met vee lopen. Na ongeveer 6 uur door elkaar geschut te zijn arriveren we bij de grens. De truck wordt meteen omgeven door vrouwen en kinderen die souvenirs proberen te verkopen. De Keniaanse grens zijn we snel gepasseerd. Hier moest iedereen persoonlijk naar binnen om het logboek te tekenen. Bij de Tanziaanse grens is het erg stil er staat alleen een jongen met frisdrank. Deze grensovergang vergt wat meer tijd wij moeten met ze alle in de truck blijven totdat de reisleiding weer terugkomt met onze paspoorten.
Na ongeveer twee uur rijden arriveren we in Arusha. Arusha is een van de grootste steden van Tanzania. Het ligt dichtbij de grens met Kenia. De stad staat bekent als vertrekpunt van vele safari's met als gevolg dat er ook veel aanbieders zijn. Dus moet je goed uitkijken dat je niet bedonderd word. Voor onze groep zijn er vaste afspraken gemaakt met Roy Safaro's. Het laatste stuk naar de Masaicampground is het ergste. We worden alle kanten opgeschut door de enorme gaten in de weg. Bij aankomst verbaas ik me er over dat het gras zo groen is. Ik deel een tent met een Schots meisje. Als de tent staat gaan we op verkenning uit, we komen niet verder dan de bar. Hier blijven we tot het avondeten klaar is. Na het avondeten doen we een kennismakingsrondje het blijkt dat we bijna van elk continent wel deelnemers hebben alleen Azië is niet vertegenwoordigd. Ik ben echter niet de enige Nederlandse, er is ook nog een Nederlands echtpaar en ik had nog wel bij een Zuid-Afrikaanse organisatie geboekt.
De volgende ochtend gaan we met ze alle naar het centrum van Arusha. We hebben twee uur de tijd om rond te kijken voordat we opgehaald worden door Roy Safari's. Per persoon slaan we zo'n 4 liter water in voor de komende dagen. Eindelijk is het zover we vertrekken met vijf landrovers richting Serengeti en de Ngorongoro crater. Nog in Arusha begeeft één van de landrovers het al. We spreken af te wachtten bij het Cultural Heritage centrum. Het Cultural Heritage Centrum is speciaal gebouwd voor toeristen men verkoopt hier door afrikanen handgemaakte producten. De producten zijn hier veel duurder dan op andere plaatsen. Dit is ook één van de weinige plekken waar je met creditkaart kan betalen. Als we weer compleet zijn vertelt onze gids dat de weg richting Serengeti erg slecht is en de laatste 50 km zelfs erg stoffig.We gaan met goede moed opstap. Het duurt even voordat we Arusha achter ons hebben gelaten. Het eerste gedeelte van de weg is geasfalteerd en rijden we aardig door. Dan slaan we rechtsaf voor de laatste vijftig kilometer van vandaag. We hebben al gauw door wat de gids met stoffig bedoelt. Op deze weg zien wij onze eerste giraf. Alhoewel de giraf aardig ver weg staat worden alle camera's te voorschijn getoverd. Onze dagen kan niet meer stuk.
De volgende ochtend staan we al weer vroeg naast ons bed. We zijn net kleine kinderen die niet kunnen wachtten tot het zover is. Bij het eerste en tevens laatste dorp stopt onze kok om eten voor de komende dagen in te slaan. De komende dagen zullen we alleen zijn met wilde dieren, andere toeristen en de Masai's. De Masai's is de bekendste bevolkingsgroep van Kenia en Tanzania. Zij proberen nog aan hun oorspronkelijke nomaden cultuur vast te houden en zijn dan ook de enige die toestemming hebben om in Serengeti en de Ngorongoro Conservation Area te wonen. In Ngorongoro krijgen we de kans om een Masai dorp te bezoeken. Dit dorp laat als enige toeristen toe, tegen een betaling van 5 US$. Omdat het onze enige mogelijk is om meer te weten te komen over de Masai en foto te maken besluiten we hiervan gebruik te maken. Als eerste krijgen we een welkomstdans te zien en daarna wordt er voor ons gezongen. Vervolgens mogen we door het dorp lopen. De vliegen zoemen inmiddels rond ons hoofd als een Masai ons uit nodigt zijn huis te bezichtigen. Samen met mijn tentgenoten volg ik de Masai naar zijn huis. We moeten ons klein maken om naar binnen te komen. Terwijl ik naar binnen ga rent een geit naar buiten ik schrik me dood van dit beest. De Masai laat ons plaatsnemen op een kleine verhoging en vertelt iets over zijn huis. Waardoor wij er achter komen dat we op zijn bed zitten. We voelen ons niet echt op ons gemak en verlaten weer vrij snel zijn huis. Terwijl we een rondje door het dorp lopen proberen enkele Masai krijgers uit te vinden of we al getrouwd zijn. Op ons ontkennende antwoord vragen ze meteen hoeveel kinderen we hebben als we hier ook met nee op antwoorden lachen ze ons uit. Ze vinden ons maar raar! Masai vrouwen worden rond hun dertiende uitgehuwelijkt en wij zijn die leeftijd al lang gepasseerd.
Na de lunch komen we in Serengeti aan. Serengeti omvat 14.763 km² en is daarmee het grootste en bekendste natuurpark van Tanzania. In 1951 is het een nationaal park geworden. We gaan opzoek naar de Big Five (leeuw, olifant, buffel, neushoorn en luipaard). Op de droge uitgestrekte vlaktes zien we vooral veel Thomson en Grant gazellen. Onze gids heeft er echt een oog voor hij wijst ons verschillende wilde dieren aan die wij gewoon over het hoofd gezien zouden hebben. Onze verrekijkers komen goed van pas. We laten de vlakte achter ons en rijden nu langs struiken. Hier zien we al gauw enkele olifanten. Vlakbij loopt ook een leeuw. Voor we onze camping bereiken zien we nog enkele zebra's. Wij verbazen ons dat er niet eens een hek om de camping staat alle wilde beesten kunnen gewoon over het terrein lopen. We zetten onze tenten vlak bij elkaar. Twee meiden vragen de gidsen of het echt wel veilig is. Hij biedt hen aan om in de landrover te slapen. Ze willen zich niet laten kennen en zetten toch hun tent op. Het wordt al vroeg donker. Nadat we gezamelijk naar het toilet zijn geweest zoeken we onze tenten op.
'S nachts worden we wakker van het gemene lachje van de hyena. Alhoewel mijn blaas op knappe staat durf ik niet naar het toilet te gaan. Zodra het licht wordt is ook mijn tentgenoten wakker. Zij heeft ook hoge nood en we besluiten gezamenlijk de bosjes op te zoeken.
Na het ontbijt gaan we weer op pad. Vandaag komen we veel dichterbij de olifanten en giraffe. In de middag vertrekken we naar de Hippo-pool. In de hippo-pool wonen naast nijlpaarden ook krokodillen. We blijven een tijdje om de rotsen zitten om de beesten te bestuderen. Voordat we Serengeti verlaten willen we nog de cheeta zien. We gaan richting de kopjes: Barafu, Gol en Simba. De Kopjes zijn rotsblokken in het landschap. Rond de kopjes vind je veel verschillende dieren. Barafu en Gol staan vooral bekent om het huisvesten van de cheeta. We kunnen helaas niet erg dicht bij komen dus zien we naar lang zoeken de cheeta's alleen door onze verrekijkers. Als afscheid rijden we nog langs kopje Simba en jawel in het zonnetje liggen enkele leeuwinnen.
Hierna verlaten we Serengeti om in de Ngorongoro Conservation Area te overnachten. Op de camping waar we overnachten is geen water te krijgen. Inmiddels is onze voorraad aardig geslonken door de aanhoudende warmte. Het water wat we nog over hebben is lauw maar daar zal de nacht verandering in brengen. De temperatuur zakt naar het nulpunt.
De volgende dag is onze laatste dag op safari. We zullen deze ochtend de Ngorongoro crater bezoeken. De krater is onderdeel van de 8.300 km² grote Ngorongoro Conservation Area en heeft een oppervlakte van 265 km². In de krater wonen bijna alle wilde dieren die in Oost-Afrika te vinden zijn. De giraf is hierop een uitzondering. Unesco heeft de krater tot werelderfgoed uitgeroepen.
Als we de krater inrijden komen we meteen enkele Masai's tegen met hun kuddes. Zouden zij nauw nooit aangevallen worden door de leeuwen. Al snel rijden we door kudde buffels en zebra's. We kijken onze ogen uit op zo'n kleine oppervlakte zien we veel verschillende dieren. We observeren een leeuw als we langzaam omsingelt worden door 4 andere leeuwen die onze auto's als beschutting gebruiken. We verwachtten een aanval op een kudde gazellen maar het blijkt dat de ene leeuw een vreemde in de bijt is en ze jagen hem uit hun territorium. Het is een wonderbaarlijk schouwspel. Het gebrul van de leeuwen trilt door ons lichaam en wij kijken verstijfd toe. Na deze voorstelling rijden we een brug over en houden een toiletstop iedereen springt rustig uit de landrovers terwijl er nog steeds vier leeuwen aan de overkant lopen. Ik ga er vanuit dat de gidsen weten waar ze mee bezig zijn, maar ben toch weer snel terug. We rijden verder langs het meer en bekijken de nijlpaarden en flamingo's. Hierna is het tijd om terug te keren naar Arusha. Net voordat we de kraterwand beklimmen zien we nog een glim van een zwarte neushoorn. De Big Five is compleet.
Al snel worden we weer alle kanten opgeschut en kunnen we stof happen. Tegen de avond komen we aan bij het Masaicampground. Ik verlang naar een douche, hiervoor moet ik eerst nog een half uur in de rij staan. De douche is ijskoud maar een geschenk uit de hemel.
De volgende dag nemen we afscheid van Arusha.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley