WORKING-HOLIDAY IN OZ - Queensland
Door: Brenda
Blijf op de hoogte en volg Brenda
26 Oktober 2000 | Australië, Cairns
Aangezien er ook geld in het laatje moest komen besloot ik in Brisbane opzoek te gaan naar werk. Dit had ik al snel gevonden via een andere backpacker. Voor een kleermaker annex stomerij mocht ik elke middag Flyers uitdelen bij het treinstation of in de drukke kantoorstraat. Na vier weken wisten ze nog steeds niet mijn naam ik was gewoon de flyergirl en kreeg aan het eind van de dag zwart betaald. Maar halve dagen werken zet geen zode aan de dijk. Je kunt er van rond komen maar houd niks over. Dus besloot ik verder te trekken. Ik ben gaan aardbeien plukken in Maroochydore. Dit deed ik samen met nog zo’n tien mensen uit hetzelfde hostel. We gebruikte het busje van het hostel als vervoersmiddel naar ons werk. ’S Avonds gingen we naar de kroeg, film of speelden een potje pool in het hostel. Op onze vrije dagen lagen we op het strand of bezochten een attractie in de omgeving. Één daarvan was de Australian Zoo in Beerwah. De eigenaar is die half gare zool genaamd de Crocodile Hunter bekend van Discovery. De dierentuin heeft dus vooral krokodillen. Daarnaast o.a. ook een albino kangaroe en een Giant Galapagos Tortoise genaamd Harriet. Zij is in 1830 door Darwin gevonden. Dus toen al 170 jaar oud of ze nu nog leeft dat kan ik u helaas niet vertellen.
Voor ik thuis vertrok had ik een reisschema gemaakt rekening houdend met de seizoenen. Nu die klopte absoluut niet meer. Eigenlijk was het al tijd om van Cairns naar Perth te vliegen maar ik zat nog steeds in Maroochydore waar ik het enorm naar mijn zin had. Om niet als zoveel Engelse alleen maar op één plaats te blijven besloot ik afscheid van mijn vrienden te nemen en verder te trekken.
Mijn volgende stoppunt was Rainbow Beach. Om hier te komen moet je vanaf Gympie met de schoolbus vol kinderen mee. Dus in het weekend zit je er vast. (Een alternatief is een 4W drive tour over het strand vanaf Noosa.) Rainbow Beach heeft een van de mooiste hostels van Australië “The Rocks”. Maar of hij lang blijft bestaan betwijfel ik want ik was de enigste gast. Van Rainbow Beach kun je de ferry naar Fraser Island nemen al doen de meeste backpackers dat vanaf Hervey Bay. Verder staat het bekend om de 120m. hoge Carlo sand blow met daaronder gekleurde zandkliffen. Toen ik de laatste bekeek kwam ik enkele locals tegen die me meenamen naar Double Island Point. Vanaf die plek kun je dolfijnen en schildpadden zien zwemmen. Vlak daarbij ligt het wrak van de Cherry Venture op het strand. De eigenaar van het hostel kon wel een baantje in de horeca op Fraser Island regelen voor me maar ik had net weken lang aardbeien geplukt dus wilde nu eindelijk verder reizen.
Ik ging dit keer niet alleen naar Hervey Bay om Fraser Island, het grootste zandeiland ter wereld, te bezoeken maar ook om de Humpback walvis te zien. Die van augustus tot half oktober hier in de baai rondhangt. Nadat de tocht twee keer was afgelast vanwege het slechte weer gingen we op een ochtend dan toch eindelijk op zoek naar de enorme dieren. Bij het eerste aanzicht begonnen we direct foto’s te maken niet wetende dat ze bijna op aanrakingsafstand van onze boot zouden komen. Één walvis dook steeds onder onze boot door om dan aan de andere kant weer uit het water te springen. Waardoor de passagiers steeds van stuurboord naar bakboord en terug renden. Gevolg was dat we wel natte voeten door de golfslag opliepen. Ik kan wel zeggen dat dit voor mij één van de hoogtepunten van mijn verblijf was. De walvis is een erg indrukkwekend dier.
In Bundaberg besloot ik weer even te gaan werken. Via Federal Backpackers kreeg ik elke dag een baantje. Ik plukte o.a. zucchini’s (courgettes), squash (kalebas) en doperwten. De laatste werden per kilo betaald wat niet opschoot. Daarnaast was het hostel ook niet echt fris. De meeste personen verbleven hier al maanden. Eigenlijk had ik het na een dag al gezien maar omdat ik voor een week betaald had heb ik de week afgemaakt. In Bundaberg kon je bij de Fish en Chips shop frikadellen en kroketten geïmporteerd uit Nederland eten. De eigenaresse begreep niet waarom al die Nederlanders naar Australië komen om er te werken terwijl we in Nederland voor hetzelfde werk mensen uit o.a. Polen halen. Tja, ik heb in Australië ook maar zelden een Australiër dit werk zien doen. Na deze afschuwelijke week ben ik lekker een aantal dagen gaan luieren op Great Keppel Island. Dichtbij de Homestead zijn de stranden nog wel druk maar als je iets verder loopt naar bijvoorbeeld Long Beach of Clam Bay heb je de kans dat je een prachtig privé strand hebt.
In Australië kenden ze ook de WWOOF. Dit houdt in dat je voor kost en inwoning dagelijks enige taken op de eigenaars organische boerderij verricht. Van een andere Nederlander had ik de tip gekregen te gaan wwoofen bij de Funny Farm op de Emupark Road in de buurt van Rockhampton. Deze plek had weinig te doen met een boerderij. Het was meer een grote vuilnisbelt van verzameld materiaal. De spullen waren o.a. auto’s, computers, wc’s, schoenen etc. Overal had de eigenaars wwoofers iets van laten maken en borden met teksten erbij laten ophangen. Op het terrein woonden verder nog enkele andere vage figuren in stacaravans. Op het terrein liepen eenden, kippen en een stuk of zes honden vrij rond. Daarnaast had de eigenaar nog een paard “Clyde” en een varken dat “Next Christmas” heetten. Hij was echt anti-Sheila (Vrouw) en had dus steeds vrouwonvriendelijke opmerkingen. Ik was daar samen met een Nederlandse jongen en één van onze taken was het beschilderen van een busje bij de ingang. Deze beschildering moest iets te doen hebben met de bekendste Australische film “Priscilla queen of the desert”. Het eindresultaat was een roze geschilderde bus met travestieten en op het dak een uitgezaagde schoen.
Één van de andere dagen hielpen wij bij de official inauguration commemorating the QLD Governement recognition statement. Kort gezegd er werd herdacht dat mensen van de New Hebriden en Vanuatu naar Australië waren gebracht als slaaf. De aankomst werd nagespeeld. In kleine bootjes werden de geketende slaven aan land gebracht waarna ze in hun bananenkleding naar het park moesten lopen. Na een speech werden ze vrijgelaten en begon het feest. Richard en ik beheerden de bar. We verkochten diverse soorten bier en keken ondertussen naar de hula dansers en andere optredens. Aan het eind van de dag was de Hangi (Maaltijd bereidt in de grond) klaar. Deze smaakte voortreffelijk. Tijdens ons verblijf op de Funny Farm waren in Sydney de Olympische Spelen aan de gang. Aangezien we geen tv hadden is alles geheel langs ons heen gegaan.
Via het Eungella National Park waar ik de platypus in het wild zag kwam ik in Bowen aan. In Bowen ging ik twee weken werken om de tijd nuttig door te brengen tot mijn zeiltocht naar de Whitsunday Islands vertrok. In Bowen heeft de tijd stil gestaan. Alles loopt tientallen jaren achter. Wel kwam ik hier net als in Maroochydore en Bundaberg weer dezelfde backpackers tegen. Dit bleef zo, overal waar je komt zie je wel mensen die je eerder hebt gezien.
De 74 WhitSunday Islands zijn waarschijnlijk de beste bekendste eilanden in Queensland. Ze zijn zo genoemd door kapitein Cook die er langs kwam op 3 juli 1770. De WhitSunday Islands zijn vooral toppen van onderwater bergen. Vele eilanden hebben daarnaast stukken van koraal rif waar je geweldig kunt snorkelen. De eilanden zijn op vier na allemaal onderdeel van een National Park. De meeste zijn heuvelachtig, begroeid met bomen en hebben schitterende stranden. Doordat ze onbewoond zijn kun je er rustig van de natuur genieten. Alhoewel op de bekendste plekken wel de toeristen samenscholen.
Een andere plek waar je goed kunt snorkelen en duiken is het Barrier Reef. Het Great Barrier Reef is 2000 km lang. Het begint in het zuiden ten hoogte van Bundaberg of Gladstone en eindigt in de Torres Strait iets ten zuiden van Papua New Guinea. Hierdoor is het, het grootste reef systeem in de wereld. Het Great Barrier Reef is niet één rif maar bestaat uit ongeveer 2800 aparte delen. In het zuiden ligt het rif tot wel 300 km van de kust maar in het noorden is dit nog maar zo’n 80 km. Het koraal kan meer dan 500m dik zijn. Het grootste gedeelte is ongeveer 2 miljoen jaar oud maar sommige gedeelten zijn wel 18 miljoen jaar oud. De diversiteit van de planten en dierenwereld op het rif is indrukwekkend: zo’n 400 soorten koraal, 1500 vissoorten, 4000 verschillende weekdieren, 215 verschillende vogels, 16 soorten zeeslangen, 6 soorten zeeschildpadden, en ontelbare soorten schaaldieren . . . Geen wonder dus dat dit rif al jarenlang mensen boeit.
In Cairns ga ik met de Golden Plover, de boot uit o.a. de film de Blue Lagoon, naar het rif. Ik ga naar een andere plek dan drie jaar geleden. Ik moet zeggen dat de plek minder geschikt is vooral doordat je van een zandeilandje afloopt. Het rif is hier erg beschadigd door o.a. de toeristen. Let dus goed op waar je naar toe gaat bij het boeken van je tocht.
Vanaf Cairns vlieg ik via Ayers Rock naar Perth. In Ayers Rock hebben we een vertraging van vier uur. Je kunt gewoon langs de douane in en uit lopen zonder controles. Dus loop ik buiten even door het rode zand en maak foto’s van Ayers Rock in de verte. Meer van Ayers Rock zal ik deze reis niet te zien krijgen. In Perth worden mijn tassen besnuffeld door een hond. Nee, ze zijn niet op zoek naar drugs maar naar fruit. En in die tas heeft ‘s morgens wel een appel gezeten. Dus blijft het hondje rustig bij mijn tas zitten. Waarna ik aan de douane verklaar de appel al lang opgegeten te hebben.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley