De Gouden stad
Door: Brenda
Blijf op de hoogte en volg Brenda
09 Oktober 2011 | India, Jaisalmer
In Jaisalmer aangekomen gaan we eerst inchecken in ons hotel. Simpel maar rustgevend daarna moet ik aan de slag. Ondanks dat ik vakantie heb ga ik hier voor mijn werk ook enkele hotels bekijken. We beginnen bij het Rang Mahal. Het hotel heeft prachtige kamers is super comfortabel tot luxe in vergelijking tot wat we tot nu toe gezien hebben. Een pre in deze hitte het heeft een ook een zwembad. Na het hotel bekeken te hebben is het tijd om te lunchen. Je ziet in de eetzaal dat hier vooral veel grote groepen reizigers komen. Na de lunch gaan we kennismaken met de eigenaar (manager). We volgen de medewerker van het hotel en worden na het kloppen op de deur binnengelaten in een kamer. Dit blijkt helemaal geen kantoor te zijn maar zijn slaapkamer. Eh moet ik nu mijn visitekaartje geven of niet. De man is zelf ook geschrokken als hij slaperig zijn ogen uitwrijft en twee dames naast zijn bed ziet staan. Hij dacht dat het housekeeping was. We voelen ons alle zeer ongemakkelijk en mogen beneden om hem wachten. Daar ontvangt hij ons in kostuum. Dat ziet er heel anders uit dan zijn boxershort die we net zagen. Tijdens de thee zegt hij dat we nu in zijn hotel moeten komen slapen omdat we hem in boxershort hebben gezien. Vannacht slapen we al in de woestijn dus we beloven na terugkeer uit de woestijn zijn gast te worden.
We halen nog even snel onze nachtspullen op in het andere hotel en gaan op weg naar de Khuri Dunes. We gaan eerst een klein ritje per kameel maken om van de zonsondergang te genieten. Ik heb al een keer eerder op een kameel gezeten en langer dan een uurtje hou ik dat echt niet vol dan heb ik echt genoeg van dat gehobbel.
Vanuit een klein dorpje gaan we op weg. We vragen aan de kamelendrijvers of hier ook Bambi’s zijn. Wat is een Bambi? Als ze door hebben dat we de herten (gazelle) bedoelen wordt er constant druk gegild there Bambi!. We zien in de verte al waar we natuur zullen gaan want op een duin krioelt het van de mieren, die ook naar de zonsondergang komen kijken. We zullen dus niet de enige zijn vanavond. De duinen zijn maar klein. Dus overal zie je wegen of ja echt windmolens. Je voelt je dus niet echt afgezonderd van de bewoonde wereld. Wat jammer! De zonsondergang is wel prachtig. Daarna hebben ze haast om terug te gaan want hun werkdag zit er op. Ze willen naar huis om te eten. Hij zegt dat hij nu Bambi is geworden en neemt een aardig sprintje. Sorry medereizigers dat wij ze het woord Bambi hebben geleerd.
Terug in het kamp worden we vermaakt met lokale muziek en dans. Daarnaast krijgen we te eten. Eerlijk gezegd het meest smakeloze eten dat ik in India heb gehad, echt gemaakt voor toeristen.
Je kunt er voor kiezen om hier in een hutje te overnachten of in de woestijn waar het een stuk koeler is in dit jaargetij. Wij gaan dus na het eten met 6 dames de woestijn in. We klimmen achterop de kamelenkar en rijden een klein stukje uit het dorp weg om afzondering te zoeken. Op de kamelenkar liggen gewoon bedden dus we hoeven niet in het zand te slapen. Jammer dat je wel in de verte de lichtjes van de windmolens zien en stemmen hoort van andere groepen. Maar het is een grappige ervaring en ’s morgens kun je vanuit je bed de zonsopkomst bekijken. Ondanks dat het heel anders was dan ik me had voorgesteld had ik het toch niet willen missen.
Onderweg terug naar Jaisalmer, de gouden woestijnstad, moeten de gids nog even een beleefdheid bezoekje afleggen. Krijgen we daar een plastic zakje onder ons neus gedrukt met iets zwarts kleverigs. Zei hij nu opium of verstond ik dat verkeerd! Ja hoor, het blijkt opium te zijn. Verboden maar landstraditie in deze omgeving. Als ik van de schrik ben bekomen besluiten we toch even wat foto’s te maken. Het schijnt niet goedkoop te zijn en alleen in de omgeving van Chittorgarh te groeien. Daar komen we later op onze reis nog dus misschien zien we de planten ook nog.
In iedergeval wordt hier druk gelachen als ze bij elkaar opiumballetjes in de mond duwen. Een prima Viagra volgens de mannen.
Terug in Jaisalmer wisselen we van hotel en gaan we eerst lekker douche. Rond lunchtijd bezoeken we het fort. Het aparte van dit fort is dat er nog mensen wonen maar voor de rest maakt het op mij weinig indruk. De lokale bevolking is indrukwekkender. Sommige vrouwen dragen hier enorme neuspinnen en/of hebben allemaal plastic witte armbanden rond hun bovenarmen. Deze blijken alleen voor getrouwde vrouwen te zijn. Na 2 nachten met weinig slaap (trein, woestijn) zijn we aardig moe dus gaan we voor de rest van de dag lekker relaxen bij het zwembad. ’s Avonds bekijk ik nog enkele andere hotels. Het Mandir Palace hotel blijkt een klein museumpje met de geschiedenis van dit paleis te hebben dat erg informatief is met o.a. oude airco’s en een wieg plus veel schilderijen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley